Lopen op vermogen met Stryd: maar wat wordt dan je eindtijd in een wedstrijd?

Lopen op vermogen met Stryd: maar wat wordt dan je eindtijd in een wedstrijd?

Dit artikel is een direct gevolg van een vraag van één van onze lezers, namelijk JanWillem Nieboer. Hij is een enthousiaste gebruiker van de Stryd en vroeg ons hoe snel hij nu een wedstrijd kan lopen op basis van de ‘Target Power’ van zijn Stryd?

We zijn daar eens goed ingedoken en hebben een hele mooie en simpele formule afgeleid als antwoord op de vraag van JanWillem. Met deze nieuwe formule kan voortaan iedereen heel eenvoudig berekenen wat voor tijd hij/zij kan lopen. De formule geeft je tijd onder ideale omstandigheden, dus een snel parcours zonder hoogteverschillen en bij windstil weer. Als je ook wilt weten hoeveel langzamer je loopt bij niet-ideale omstandigheden, zoals bij heuvels, wind of een cross, wordt het wat ingewikkelder en zul je gebruik moeten maken van onze calculator of onze spreadsheet met het volledige hardloopmodel.

We geven hieronder eerst wat achtergronden en presenteren vervolgens de nieuwe formule en een handige tabel van haalbare tijden bij verschillende waarden van je (specifieke) vermogen. Wie het naadje van de kous wil weten, moet verder doorlezen want in het tweede deel van het artikel leggen we uit hoe we de formule hebben afgeleid.

Hoe groot is het vermogen van je menselijke motor?
Veel lezers zullen op de hoogte zijn van ons hardloopmodel, dat we beschreven hebben in ons boek ‘Hardlopen met Power!’ en in onze artikelen. De onderstaande figuur geeft het principe van het model weer, namelijk dat het vermogen van de menselijke motor P gelijk moet zijn aan de som van de vermogens om de loopweerstand Pr, de luchtweerstand Pa en de klimweerstand Pc te overwinnen.

Het Hardloopmodel

Naarmate je meer en beter traint zal het vermogen van je menselijke motor P toenemen en heb je dus meer vermogen beschikbaar om de 3 weerstanden te overwinnen, waardoor je sneller kunt lopen. Zoals iedereen wel zal begrijpen is je hardloopvermogen P afhankelijk van de duur van de inspanning en dus de afstand: bij een langere afstand moet je je krachten verdelen en is je vermogen dus lager.

Eén van de voordelen van de Stryd is dat je hardloopvermogen van al je trainingen en wedstrijden wordt bijgehouden. Het algoritme van Stryd berekent op basis daarvan je ‘Critical Power’ (CP). Voor gebalanceerde midden- en langeafstandlopers is de CP van Stryd in het algemeen gelijk aan je Anaeroob DrempelVermogen (ADV) oftewel in het Engels je Functional Treshold Power (FTP). Dit is het vermogen dat je 60 minuten kunt volhouden. In de Stryd app kun je vervolgens aflezen wat voor ‘Target Power’ (TP) je moet aanhouden bij wedstrijden van verschillende afstanden. Auteur Hans heeft bijvoorbeeld een CP van 256 Watt, op een halve marathon moet hij volgens de Stryd app een TP van 243 Watt aanhouden om zijn krachten optimaal te verdelen.
Aansluitend op de vraag van JanWillem stellen we dus nu de vraag wat voor tijd Hans kan lopen met deze 243 Watt?

Nieuwe, simpele formule om je wedstrijdtijd te berekenen!
Onze nieuwe formule is supersimpel: om je tijd T (in seconden) te berekenen hoef je alleen maar je TP (in Watts), je gewicht m (in kg) en de afstand d (in meters) in te vullen!

formule om je wedstrijdtijd te berekenen

Voor het voorbeeld van auteur Hans geldt d = 21098 m, TP = 243 Watt en m = 58 kg.
Het resultaat van de formule is dan 5237 seconden ofwel 1:27:17.
Deze tijd klopt heel aardig met de werkelijke prestaties van Hans op de halve marathon, waarbij wel opgemerkt moet worden dat Hans al een tijdje geblesseerd is en dus minder getraind heeft, waardoor zijn CP wat afgenomen is.

Bereken jouw wedstrijdtijd in onze calculator.

We hebben op basis van de nieuwe formule de onderstaande tabel samengesteld die een goed beeld geeft van de haalbare tijden als functie van het specifieke vermogen (TP/m in Watt/kg). Je kunt dus voortaan heel eenvoudig je haalbare tijd berekenen of aflezen uit de tabel als je weet met wat voor specifiek vermogen (TP/m) je de wedstrijd gaat lopen! Dat is natuurlijk heel handig als je in trainingen gebruik gemaakt hebt van de Stryd, want dan bepaalt de Stryd app voor jou je TP. Je gewicht weet je uiteraard, dus is het verder een fluitje van een cent!

De resultaten van de tabel blijken heel goed overeen te stemmen met de praktijk. Bij het maken van de formule hebben we natuurlijk wel wat zaken verwaarloosd (met name de individuele loopeconomie en de individuele luchtweerstand), waardoor in individuele gevallen afwijkingen van 1 of 2% kunnen voorkomen. Hoe dat precies zit behandelen we in het tweede deel van dit artikel. Ook geldt de formule zoals gezegd alleen voor ideale omstandigheden, dus een snel parcours zonder hoogteverschillen en bij windstil weer. Als je wilt weten wat de invloed daarvan is, moet je gebruik maken van onze calculator of spreadsheet met het volledige hardloopmodel. In de tabel hebben we de extreme waarden voor het specifieke vermogen in rood aangegeven: zoals we in het boek ‘Hardlopen met Power!’ hebben behandeld, vallen deze waarden buiten de grens van de (huidige) menselijke fysiologische limieten.

tabel vuistgetal

Achtergronden/theorie
In ons boek ‘Hardlopen met Power!’ hebben we de theorie van het hardloopmodel behandeld. Het volledige model is weergegeven in de onderstaande box.

 formule hardloopmodel

Dit is een nogal complex geheel, een derdegraadsvergelijking met vele parameters die nodig zijn om de invloed van de verschilende omstandigheden te beschrijven. We hebben een Excel-spreadsheet gemaakt waarmee deze derdegraadsvergelijking wordt opgelost en exact kan worden berekend hoe groot de invloed van alle aspecten is. Geinteresseerde lezers kunnen deze Excel bij ons aanvragen, maar vele lopers zullen de voorkeur geven aan een vereenvoudigde versie.

We hebben daarom om te beginnen even gesteld dat er geen heuvels in het parcours voorkomen (i=0), waardoor het derde deel van de vergelijking nul wordt en dus wegvalt. Vervolgens hebben we gesteld dat het winstil weer is (vw = 0), waardoor het tweede deel van de vergelijking ook een stuk eenvoudiger wordt.

Wat dan over blijft is de vergelijking: P = ECOR*m*v +0,5*ρ*cdA*v3.
We delen vervolgens links en rechts door het gewicht m, dus komt er:
P/m = ECOR*v+0,5*ρ*cdA*v3/m.

Het specifieke vermogen P/m is de belangrijkste maat voor de kwaliteit van de lopers. Wereldtoppers hebben een specifiek vermogen boven de 6 Watt/kg, terwijl recreanten dikwijls rond de 3 Watt/kg hebben. Dit verschil in specifiek vermogen is de belangrijkste reden dat wereldtoppers zo hard lopen. Je kunt dat eenvoudig zien door de luchtweerstand even te verwaarlozen, dat staat er P/m = ECOR*v, dus de snelheid is recht evenredig met P/m. Wel is het zo dat wereldtoppers dikwijls ook economischer lopen dan recreanten, dus hun ECOR (Energy Cost Of Running in kJ/kg/km) is ook lager.

Het verband tussen het specifieke vermogen, ECOR en loopsnelheid is (globaal en vereenvoudigd) weergegeven in onderstaande tabel:

Vervolgens hebben we gekeken naar het tweede deel van de vergelijking, de luchtweerstand of AirPower. Nu blijkt dat dit min of meer een tegengesteld effect heeft: wereldtoppers lopen harder (v is dus hoger) en hebben dus veel meer last van luchtweerstand dan recreanten.

Het verband tussen de loopsnelheid van de verschillende lopers en de luchtweerstand of AirPower (in Watt/kg, hierbij hebben we gerekend met een gewicht van 60 kg) en de Air Power/v (in kJ/kg/km) is weergegeven in onderstaande tabel.

We zien dus duidelijk het bovengenoemde effect: wereldtoppers hebben veel meer last van de luchtweerstand/AirPower (van hun eigen wind) dan recreanten.

Deze tegengestelde relatie is de reden dat we zo’n simpele formule hebben kunnen afleiden.
We vereenvoudigen namelijk de hardloopformule tot P/m = (ECOR+AirPower/v)*v.
Hierbij geeft de factor AirPower/v het specifieke energieverbruik weer van de AirPower (in kJ/kg/km).

In onderstaande tabel laten we het eindresultaat zien, waaruit blijkt dat de som van ECOR en AirPower/v min of meer een vaste waarde heeft van 1,04-1,05 voor de meeste lopers.

In de nieuwe simpele formule hebben we gerekend met de waarde van 1,04, zodat de snelheid berekend kan worden met de formule: v = P/m/1,04. Om de tijd T te bepalen hoeven we dan alleen nog maar de afstand d te delen door de snelheid v, zodat het eindresultaat wordt:
T = 1,04*d/(P/m).

Lees verder...

Lopen op vermogen met Stryd: maar wat wordt dan je eindtijd in een wedstrijd?

Lopen op vermogen met Stryd: maar wat wordt dan je eindtijd in een wedstrijd?

Dit artikel is een direct gevolg van een vraag van één van onze lezers, namelijk JanWillem Nieboer. Hij is een enthousiaste gebruiker van de Stryd en vroeg ons hoe snel hij nu een wedstrijd kan lopen op basis van de ‘Target Power’ van zijn Stryd?

We zijn daar eens goed ingedoken en hebben een hele mooie en simpele formule afgeleid als antwoord op de vraag van JanWillem. Met deze nieuwe formule kan voortaan iedereen heel eenvoudig berekenen wat voor tijd hij/zij kan lopen. De formule geeft je tijd onder ideale omstandigheden, dus een snel parcours zonder hoogteverschillen en bij windstil weer. Als je ook wilt weten hoeveel langzamer je loopt bij niet-ideale omstandigheden, zoals bij heuvels, wind of een cross, wordt het wat ingewikkelder en zul je gebruik moeten maken van onze calculator of onze spreadsheet met het volledige hardloopmodel.

We geven hieronder eerst wat achtergronden en presenteren vervolgens de nieuwe formule en een handige tabel van haalbare tijden bij verschillende waarden van je (specifieke) vermogen. Wie het naadje van de kous wil weten, moet verder doorlezen want in het tweede deel van het artikel leggen we uit hoe we de formule hebben afgeleid.

Hoe groot is het vermogen van je menselijke motor?
Veel lezers zullen op de hoogte zijn van ons hardloopmodel, dat we beschreven hebben in ons boek ‘Hardlopen met Power!’ en in onze artikelen. De onderstaande figuur geeft het principe van het model weer, namelijk dat het vermogen van de menselijke motor P gelijk moet zijn aan de som van de vermogens om de loopweerstand Pr, de luchtweerstand Pa en de klimweerstand Pc te overwinnen.

Het Hardloopmodel

Naarmate je meer en beter traint zal het vermogen van je menselijke motor P toenemen en heb je dus meer vermogen beschikbaar om de 3 weerstanden te overwinnen, waardoor je sneller kunt lopen. Zoals iedereen wel zal begrijpen is je hardloopvermogen P afhankelijk van de duur van de inspanning en dus de afstand: bij een langere afstand moet je je krachten verdelen en is je vermogen dus lager.

Eén van de voordelen van de Stryd is dat je hardloopvermogen van al je trainingen en wedstrijden wordt bijgehouden. Het algoritme van Stryd berekent op basis daarvan je ‘Critical Power’ (CP). Voor gebalanceerde midden- en langeafstandlopers is de CP van Stryd in het algemeen gelijk aan je Anaeroob DrempelVermogen (ADV) oftewel in het Engels je Functional Treshold Power (FTP). Dit is het vermogen dat je 60 minuten kunt volhouden. In de Stryd app kun je vervolgens aflezen wat voor ‘Target Power’ (TP) je moet aanhouden bij wedstrijden van verschillende afstanden. Auteur Hans heeft bijvoorbeeld een CP van 256 Watt, op een halve marathon moet hij volgens de Stryd app een TP van 243 Watt aanhouden om zijn krachten optimaal te verdelen.
Aansluitend op de vraag van JanWillem stellen we dus nu de vraag wat voor tijd Hans kan lopen met deze 243 Watt?

Nieuwe, simpele formule om je wedstrijdtijd te berekenen!
Onze nieuwe formule is supersimpel: om je tijd T (in seconden) te berekenen hoef je alleen maar je TP (in Watts), je gewicht m (in kg) en de afstand d (in meters) in te vullen!

formule om je wedstrijdtijd te berekenen

Voor het voorbeeld van auteur Hans geldt d = 21098 m, TP = 243 Watt en m = 58 kg.
Het resultaat van de formule is dan 5237 seconden ofwel 1:27:17.
Deze tijd klopt heel aardig met de werkelijke prestaties van Hans op de halve marathon, waarbij wel opgemerkt moet worden dat Hans al een tijdje geblesseerd is en dus minder getraind heeft, waardoor zijn CP wat afgenomen is.

Bereken jouw wedstrijdtijd in onze calculator.

We hebben op basis van de nieuwe formule de onderstaande tabel samengesteld die een goed beeld geeft van de haalbare tijden als functie van het specifieke vermogen (TP/m in Watt/kg). Je kunt dus voortaan heel eenvoudig je haalbare tijd berekenen of aflezen uit de tabel als je weet met wat voor specifiek vermogen (TP/m) je de wedstrijd gaat lopen! Dat is natuurlijk heel handig als je in trainingen gebruik gemaakt hebt van de Stryd, want dan bepaalt de Stryd app voor jou je TP. Je gewicht weet je uiteraard, dus is het verder een fluitje van een cent!

De resultaten van de tabel blijken heel goed overeen te stemmen met de praktijk. Bij het maken van de formule hebben we natuurlijk wel wat zaken verwaarloosd (met name de individuele loopeconomie en de individuele luchtweerstand), waardoor in individuele gevallen afwijkingen van 1 of 2% kunnen voorkomen. Hoe dat precies zit behandelen we in het tweede deel van dit artikel. Ook geldt de formule zoals gezegd alleen voor ideale omstandigheden, dus een snel parcours zonder hoogteverschillen en bij windstil weer. Als je wilt weten wat de invloed daarvan is, moet je gebruik maken van onze calculator of spreadsheet met het volledige hardloopmodel. In de tabel hebben we de extreme waarden voor het specifieke vermogen in rood aangegeven: zoals we in het boek ‘Hardlopen met Power!’ hebben behandeld, vallen deze waarden buiten de grens van de (huidige) menselijke fysiologische limieten.

tabel vuistgetal

Achtergronden/theorie
In ons boek ‘Hardlopen met Power!’ hebben we de theorie van het hardloopmodel behandeld. Het volledige model is weergegeven in de onderstaande box.

 formule hardloopmodel

Dit is een nogal complex geheel, een derdegraads vergelijking met vele parameters die nodig zijn om de invloed van de verschillende omstandigheden te beschrijven. We hebben een Excel-spreadsheet gemaakt waarmee deze derdegraads vergelijking wordt opgelost en exact kan worden berekend hoe groot de invloed van alle aspecten is. Geïnteresseerde lezers kunnen deze Excel bij ons aanvragen, maar vele lopers zullen de voorkeur geven aan een vereenvoudigde versie.

We hebben daarom om te beginnen even gesteld dat er geen heuvels in het parcours voorkomen (i=0), waardoor het derde deel van de vergelijking nul wordt en dus wegvalt. Vervolgens hebben we gesteld dat het windstil weer is (vw = 0), waardoor het tweede deel van de vergelijking ook een stuk eenvoudiger wordt.

Wat dan over blijft is de vergelijking: P = ECOR*m*v +0,5*ρ*c<sub>d</sub>A*v<sup>3</sup>.
We delen vervolgens links en rechts door het gewicht m, dus komt er:
P/m = ECOR*v+0,5*ρ*c<sub>d</sub>A*v<sup>3</sup>/m.

Het specifieke vermogen P/m is de belangrijkste maat voor de kwaliteit van de lopers. Wereldtoppers hebben een specifiek vermogen boven de 6 Watt/kg, terwijl recreanten dikwijls rond de 3 Watt/kg hebben. Dit verschil in specifiek vermogen is de belangrijkste reden dat wereldtoppers zo hard lopen. Je kunt dat eenvoudig zien door de luchtweerstand even te verwaarlozen, dat staat er P/m = ECOR*v, dus de snelheid is recht evenredig met P/m. Wel is het zo dat wereldtoppers dikwijls ook economischer lopen dan recreanten, dus hun ECOR (Energy Cost Of Running in kJ/kg/km) is ook lager.

Het verband tussen het specifieke vermogen, ECOR en loopsnelheid is (globaal en vereenvoudigd) weergegeven in onderstaande tabel:

Vervolgens hebben we gekeken naar het tweede deel van de vergelijking, de luchtweerstand of AirPower. Nu blijkt dat dit min of meer een tegengesteld effect heeft: wereldtoppers lopen harder (v is dus hoger) en hebben dus veel meer last van luchtweerstand dan recreanten.

Het verband tussen de loopsnelheid van de verschillende lopers en de luchtweerstand of AirPower (in Watt/kg, hierbij hebben we gerekend met een gewicht van 60 kg) en de Air Power/v (in kJ/kg/km) is weergegeven in onderstaande tabel.

We zien dus duidelijk het bovengenoemde effect: wereldtoppers hebben veel meer last van de luchtweerstand/AirPower (van hun eigen wind) dan recreanten.

Deze tegengestelde relatie is de reden dat we zo’n simpele formule hebben kunnen afleiden.
We vereenvoudigen namelijk de hardloopformule tot P/m = (ECOR+AirPower/v)*v.
Hierbij geeft de factor AirPower/v het specifieke energieverbruik weer van de AirPower (in kJ/kg/km).

In onderstaande tabel laten we het eindresultaat zien, waaruit blijkt dat de som van ECOR en AirPower/v min of meer een vaste waarde heeft van 1,04-1,05 voor de meeste lopers.

In de nieuwe simpele formule hebben we gerekend met de waarde van 1,04, zodat de snelheid berekend kan worden met de formule: v = P/m/1,04. Om de tijd T te bepalen hoeven we dan alleen nog maar de afstand d te delen door de snelheid v, zodat het eindresultaat wordt:
T = 1,04*d/(P/m).

Lees verder...

Hardlopen naar vermogen

Hardlopen naar vermogen
Eerder hadden we het op ProRun over het basisbegrip Energie. Hardlopen kost energie.
Energie kun je vergelijken met een brandstoftank. Het zegt iets over hoe lang je het kunt volhouden.
Het begrip Vermogen is hier onlosmakelijk aan verbonden. Hoe hard je kunt hardlopen hangt samen met het vermogen van je menselijke motor. Je kunt dit heel goed vergelijken met bijvoorbeeld de motor van een auto. Bij het hardlopen maken we gebruik van onze spieren en ons hart-longsysteem. Dit geheel duiden we aan als onze ‘menselijke motor’.
Met hardloopvermogensmeters krijgen we veel extra informatie over onze hardloopprestaties. Dat helpt om de training te verbeteren en in wedstrijden alles eruit te halen wat erin zit. Na afloop kan dat helpen bij de evaluatie of we het goed gedaan hebben.
Je hoeft geen natuurkundige te zijn om voordeel te hebben van hardloopvermogensmeters. Als je er dieper in wil duiken is het wel handig om wat meer te weten over een aantal basisbegrippen. Vandaar dat we in dit artikel voor ProRun ingaan op het begrip Vermogen.
In het vorige artikel over Energie hebben we de basisrelatie uitgelegd die we kunnen gebruiken om de tijd (t) te berekenen die je kunt halen op een willekeurige afstand als je weet hoeveel energie (E) je verbruikt op die afstand en wat het vermogen (P) van je menselijke motor is:
In dit artikel gaan we nader in op het begrip vermogen. We geven weer wat voorbeelden uit de dagelijkse praktijk en laten zien hoe je ermee kunt rekenen.
Het gemiddelde vermogen van de menselijke motor
Dit kunnen we eenvoudig uitrekenen door de dagelijkse energie inname met ons voedsel (E = 10.460 kJ) te delen door het aantal seconden in 1 dag (t = 86.400 sec) met als resultaat een gemiddeld vermogen P van 121 Watt, dus een flinke (ouderwetse) gloeilamp.
We moeten hierbij nog bedenken dat dit slechts een theoretische berekening is van het ‘thermische’ vermogen. In werkelijkheid moeten we bij het sporten nog rekening houden met het spierrendement, dat maar circa 25% is. Het gemiddelde ‘mechanische’ vermogen bedraagt dus slechts 121*0,25 = 30 Watt. Uiteraard zijn we wel prima in staat om gedurende korte tijd veel meer vermogen te leveren. Zo trapte Chris Froome in de Tour de France tijdens de beklimming van de Alpe d’Huez gedurende 39 minuten een gemiddeld vermogen van 415 Watt. Hoeveel of liever hoe weinig 30 Watt waard is, kunnen we begrijpen als we ons voorstellen dat we met een hometrainer elektriciteit zouden willen opwekken. Als we een hele dag (8 uur) 30 Watt zouden trappen, levert dat 8*30/1000 = 0,24 kWh aan elektriciteit op, ofwel € 0,06!
Het vermogen van een auto
De vermogens van moderne auto’s kunnen tegenwoordig makkelijk 100 pk bedragen of 73.600 Watt (73,6 kW). Omdat we in het vorige artikel zagen dat de inhoud van een tank benzine van 40 liter overeenkomt met een hoeveelheid energie E van 1.152.000 kJ, kunnen we uitrekenen dat de tank leeg is na t = E/P = 1.152.000/73.600/3.600 = 4,3 uur rijden op maximaal vermogen.
Wat voor tijden kun je halen met hardlopen?
In het vorige artikel hebben we gezien dat je het energieverbruik van hardlopen op een vlak parcours kunt benaderen met de formule:
E = cmd
In de deze formule is d de afstand in kilometers, m is het gewicht van de hardlopen in kg, en c is het specifiek energieverbruik. Deze c staat ook wel bekend als ECOR, de Energy Cost of Running, oftewel de hoeveel energie die je hardlopend per kilometer verbruikt. Je voelt al dat die c dus afhankelijk is van de ondergrond, zoals de atletiekbaan, asfalt, bosgrond, en mul zand.  Voor onze Marathon Man geldt dus dat zijn energieverbruik gelijk is aan 0,981*70*1 = 68,7 kJ per km (c = 0,981 (voor asfalt), m = 70 kg). Als we nu het vermogen P van onze Marathon Man weten, kunnen we uitrekenen wat voor tijd hij kan lopen op de verschillende afstanden met de formule:
t = E/P
In dit artikel stellen we voor het gemak dat zijn vermogen constant is en gelijk aan 235 Watt. Met deze aanname kunnen we berekenen dat de Marathon Man een kilometertijd kan lopen van 68.700/235 = 292 seconden (4 minuut 52 seconden per kilometer). In de onderstaande grafiek is weergegeven wat voor tijden dan haalbaar zouden zijn op de verschillende afstanden.

Bij de grafiek plaatsen we voor de volledigheid 2 kanttekeningen:
1. We hebben hierbij nog geen rekening gehouden met de luchtweerstand. Het effect hiervan is klein, maar niet verwaarloosbaar.
2. In werkelijkheid is het vermogen niet constant, maar afhankelijk van de afstand. Hierdoor kun je op de korte afstand sneller lopen dan op de lange afstand.
In ons boek Hardlopen met Power! worden deze aspecten uitgelegd en wel volledig meegenomen.

Lees verder...

Nike ZoomX Vaporfly Next%, echt een revolutionaire hardloopschoen

Nike ZoomX Vaporfly Next%, echt een revolutionaire hardloopschoen

De 21-jarige Ethiopische Letesenbet Gidey liep in de Nijmeegse NN Zevenheuvelenloop met een tijd van 44:20 de wereldbesttijd op de 15 kilometer voor vrouwen aan gort. Ze liep voor het eerst op de Nike ZoomX Vaporfly Next%. Ze denkt dat de schoenen haar geholpen hebben, zei dit geweldige talent in het tv interview. Naar aanleiding van ons artikel in ProRun over deze topprestatie kregen we de vraag wat wij van deze schoen vinden?

Na de eerste poging van Eliud Kipchoge om de marathon onder de 2 uur te lopen (Monza, mei 2017) kwam de eerste versie van deze schoen op de markt als Nike Zoom Vaporfly 4%. We hebben de schoen destijds ook zelf gekocht en in praktijktesten vergeleken met de Adidas Adizero Adios. Deze Adizero is de schoen die Dennis Kimmetto in de 2014 Berlijn Marathon aan het wereldrecord op de marathon op 2:02:59 hielp.

Uit onze praktijktesten met de Vaporfly 4% en Adizero kwamen geen opmerkelijke verschillen. De Adidas Adizero Adios bleek net zo’n goede schoen. Kipchoge was in Monza met 2:00:25 bovendien maar 2% sneller dan het wereldrecord. Deze tijdwinst rekenden we daarom eerder toe aan de ideale omstandigheden en de optimale begeleiding dan aan de Nike Vaporfly 4%. Wel vonden we dat de Vaporfly 4% lekker loopt.

Tal van hardloopvrienden reageerden op het artikel en wisten zeker dat ze hun nieuwe PR’s te danken hadden aan de Vaporfly 4%.

De Nike ZoomX Vaporfly Next% is de opvolger van de Vaporfly 4%. De Vaporfly Next% kwam op de markt rond de geslaagde poging van Eliud Kipchoge om de marathon onder de 2 uur te lopen (Wenen, 12 oktober 2019). Kipchoge liep in Wenen overigens op de Alphafly.

De Alphafly heeft een dikkere zool dan de Vaporfly Next%. Er zijn bronnen die denken dat de Alphafly drie koolstofvezelplaten (carbon fiber plates) in de zool heeft. De Vaporfly heeft één koolstofvezelplaat in de zool. Het vermoeden van drie platen komt voort uit het patent dat Nike heeft aangevraagd maar voor de Alphafly is dit vermoedelijk niet toegepast.

In ons boek ‘Hardlopen met Power!’ gaan we uitgebreid in op de vraag hoeveel sneller je loopt op wedstrijdschoenen. De crux van de Vaporfly zit in de veerwerking van de carbon plate.

Inmiddels zijn wij ervan overtuigd dat de Nike ZoomX Vaporfly Next% echt een revolutionaire hardloopschoen is. We tonen dat in dit artikel aan.

Maar de concurrentie blijft niet achter. De Vaporfly heeft de marathon verandert in een technologische strijd. Begin 2020 komt de Adidas Adizero Pro op de markt en zou ook een carbon plate bevatten. Prototypes van dit antwoord van Adidas hebben hun waarde al laten zien in de New York marathon. Winnares Joyciline Jepkosgei en runner-up Mary Keitany droegen de nieuwe Adizero Pro.

Nike Vaporfly Next%,

Afbeelding: Exploded view van de Nike ZoomX Vaporfly Next% met de als een veer werkende koolstofvezelplaat (bron Nike).

Onderzoek bij SMA Midden Nederland

Sportarts Guido Vroemen, mede-auteur van ons boek Het Geheim van Wielrennen, heeft de Vaporfly Next% getest met Volkskrant journaliste Eline van Suchtelen. Dit heeft geleid tot een artikel in de Volkskrant en een mooi verslag met animaties op internet.

Vroemen heeft in zijn Amersfoorts inspanningslaboratorium Van Suchtelen op de loopband laten hardlopen, met ergospirometrie haar running economy (RE) bepaald en met Stryd naar het verschil in beenstijfheid gekeken (leg spring stiffness, LSS). Van Suchtelen liep op haar oude Nike schoenen en op de Vaporfly Next%. Zowel de RE als de LSS waren 1% beter bij Vaporfly Next%. Bij een marathontijd van 4 uur levert dit tweeëneenhalve minuut tijdwinst op.

Weliswaar is dit slechts een test met één persoon, maar het geeft wel een indicatie van de gunstige eigenschappen van de Vaporfly Next%.

Wouter Hoogkamer

Net als Hans en Ron is Wouter Hoogkamer aan de TU Delft afgestudeerd als civiel ingenieur. Hoogkamer stelt zichzelf nu voor als bewegingswetenschapper met een ingenieursachtergrond en een passie voor hardlopen. Zijn atletiekcarrière begon bij AV De Spartaan in Lisse.

Inmiddels is hij als assistant professor verbonden aan de University of Massachusetts, Amherst, Verenigde Staten. Hiervoor deed hij onderzoek aan de University of Colorado en het Amerikaanse hardloopmekka Boulder. Het zal niet verbazen dat Stryd ook is gevestigd in Boulder.

Samen met professor Rodger Kram deed Hoogkamer in Boulder onderzoek met de Vaporfly. Voor het onderzoek waren 30 atleten met schoenmaat US10 nodig. Een eis was ook dat ze op de 10 km 31 minuten of sneller waren. In Boulder is het geen probleem zo’n aantal te vinden.

Het onderzoek toonde aan dat de Vaporfly een 2% tot 6%, gemiddeld 4%, gunstiger specifiek energieverbruik (Energy Cost of Running, ECOR) opleveren. Daarmee is meteen duidelijk waar de naam Vaporfly 4% vandaan komt. Een andere uitkomst is dat elke atleet van elk niveau voordeel van de Vaporfly heeft. De onderzoeksresultaten van Hoogkamer zijn terug te vinden op internet en na te lezen in een wetenschappelijke publicatie [A Comparison of the Energetic Cost of Running in Marathon Racing Shoes, Wouter Hoogkamer et al, Sports Med (2018) 48:1009–1019].

Wereldrecords

Afgelopen jaar is snel gelopen en zijn diverse wereldrecords verbeterd op de Vaporfly Next%. Het begon al met het wereldrecord van Eliud Kipchoge (Berlijn 2018, in 2:01:39). In september 2019 bleef de 37-jarige Ethiopiër Kenenisa Bekele met 2.01.41 slechts twee tellen boven het wereldrecord van Kipchoge. De Keniaan Geoffrey Kamworor zette in september 2019 in Kopenhagen het wereldrecord halve marathon scherper op 58:01.

De Keniaanse Brigid Kosgei verpulverde in de marathon van Chicago (oktober 2019) met een ongelooflijke 2:14:04 het wereldrecord van 2:15:25 dat Paula Radcliffe al 16 jaar in handen had. In november 2019 voegde de Ethiopische Letesenbet Gidey hier nog de verbetering van de wereldbesttijd op de 15 km aan toe.

Veel van de successen staan op naam van atleten van het NN Running Team. De professionele begeleiding van dit geesteskind van de Nijmeegse atletenmanager Jos Hermens zal beslist ook hebben bijgedragen aan vele records.

De top 100 en de top 1000 zijn sneller

Data analist en atleet John Peters (Lickfold, Engeland, UK) heeft de IAAF databases van marathons onderzocht. Hij heeft door de jaren heen naar de top 100 en de top 1000 snelste atleten gekeken, zowel bij de mannen als de vrouwen. De IAAF databases bevatten marathon resultaten van over de hele wereld.

De top 100 bij de mannen liep in 2018 gemiddeld 2:08:46 en in 2019 was dit met 2:07:58 een kleine minuut sneller. Bij de top 100 vrouwen zien we hetzelfde beeld met 2:26:58 in 2018 en 2:25:38 in 2019. In de afbeelding is de ontwikkeling van de gemiddelde marathontijden van de 1000 snelste atleten door de jaren heen te zien. In 2019 zien we een duidelijk sprong: gemiddeld zijn de snelste 1000 mannen anderhalve minuut sneller. Of dat aan de schoenen ligt, weet John Peters niet. Dat houdt de IAAF niet bij.

Afbeelding: ontwikkeling van de gemiddelde marathontijd van de 1000 snelste mannen door de jaren heen (bron KittyJohne/John Peters)

ontwikkeling-gemiddelde-marathontijd

Afbeelding: ontwikkeling van de gemiddelde marathontijd van de 1000 snelste mannen door de jaren heen (bron KittyJohne/John Peters)

World Marathon Majors

De marathons van Tokyo, Boston, London, Berlin, Chicago and New York City worden tot de World Marathon Majors gerekend. Het zijn wereldwijd de grootste en meest toonaangevend marathons.

Het Japanse Rolows heeft in beeld gebracht welke schoenen werden gedragen door de atleten die bij deze marathons het podium haalden. Ze hebben daar de marathon van het wereldkampioenschap atletiek 2019 in Doha aan toegevoegd. In 2019 droegen 10 van de 12 winnaars bij de mannen én vrouwen de Vaporfly Next%.

2019-gedragen-schoenen

Afbeelding: Overzicht van in 2019 gedragen schoenen door de eerste drie mannen in de World Marathon Majors en de marathon Doha2019 (bron Rolows)

New York Times

In Strava kunnen atleten aangeven met welke schoenen ze lopen. New York Times heeft over de periode april 2014 tot december 2019 wereldwijd de gegevens van 577.000 marathons en 496.000 halve marathons geanalyseerd. Dit heeft een heel interessant artikel opgeleverd.

Van een lange rij merken en modellen is in beeld verwacht wat je ervan mag verwachten. De Nike ZoomX Vaporfly Next% blijkt veruit betere PR’s op te leveren dan welke andere schoen dan ook.

De Adidas Adizero scoort op gepaste afstand van de Vaporfly Next% ook hoog.

Conclusie

De prijs van de Nike ZoomX Vaporfly Next% is €275. We vrezen dat de nieuwe Adidas Adizero Pro niet veel lager geprijsd zal worden. Toch is de conclusie dat de Nike ZoomX Vaporfly Next% de beloften nakomt en het geld beslist waard is als je het er voor over hebt.

Lees verder...

De nieuwe Stryd met winddetectie brengt evolutie én revolutie

De nieuwe Stryd met winddetectie brengt evolutie én revolutie

Zomer 2019 is een nieuwe versie van de Stryd hardloopvermogensmeter gelanceerd. Deze nieuwe Stryd is op tal van punten verbeterd. De meest in het oog springende verbetering is de “wind port”. Dit is een klein gaatje in de onderkant – tussen de oplaadcontactpuntjes – waardoor de Stryd ook de luchtweerstand in de hardloopvermogensberekening kan meenemen. Dat is revolutionair!

We kregen de vraag wat onze ervaringen met de nieuwe Stryd zijn na zes maanden. Dat doen we met plezier, maar niet zonder eerst even in te zoomen op de werking en mogelijkheden van deze nauwkeurige hardloopvermogensmeter.

de-nieuwe-stryd-nader-bekeken

Evolutie

We gaan nu niet in detail in op de vele technische verbeteringen van de nieuwe Stryd die in veel webshops Stryd v3 genoemd wordt. De vorige Stryd wordt daar aangeduid als v2. De v2 wordt niet meer geleverd door de producent, maar kan nog zomaar ergens op voorraad liggen en leverbaar zijn. In vergelijking tot de nieuwe Stryd v3 vinden wij de oude Stryd v2 als het niet te hard waait nog heel bruikbaar. De luchtweerstand is dan niet verwaarloosbaar, wel beperkt van invloed. Wij zouden deze Stryd v2 alleen nog kopen als je hem met een flinke korting krijgt.

De technische evolutie zit in de toepassing van de nieuwe hoogwaardige sensoren voor beweging en luchtdruk. Ook zijn sensoren voor temperatuur en luchtvochtigheid toegevoegd. Voor toekomstige toepassingen is de nieuwe Stryd alvast met een magnetometer uitgerust. Deze magnetometer moet met nieuwe releases van firmware de nauwkeurigheid nog verder verbeteren. Verder is de opslagcapaciteit flink vergroot en het oplaadsysteem van de batterij gewijzigd. Als je over dit soort zaken meer wilt weten, verwijzen we je naar productinformatie op internet.

Revolutie

Stryd is de eerste hardloopvermogensmeter die de luchtweerstand real-time meet en meeneemt in de vermogensberekening. Garmin Power heeft weliswaar ook een optie om wind mee te nemen in de berekening, maar deze geeft slechts een globale indicatie. De Garmin optie vereist dat je horloge minimaal 10 minuten verbonden is geweest met je mobiele telefoon om de actuele weersinformatie op te pikken. Uit de windrichting, looprichting (GPS) en barometrische veranderingen bepaalt de Garmin de luchtweerstand. Meer kan de Garmin niet meenemen.

De Stryd werkt heel anders. In de clip waarmee je de Stryd aan je schoenveters bevestigt, zit een opening met een luchtkanaal naar een gaatje, de “wind port”, in de onderkant van de Stryd. De werking van de wind port is vergelijkbaar met de in de luchtvaartindustrie toegepaste pitotbuis voor meting van de windsnelheid. De Stryd meet hierdoor heel precies de actuele situatie en heeft het meteen door als je in de luwte van een groepje loopt, of beschut achter een rij woningen of een bosje.

Ook zonder wind is er sprake van luchtweerstand. De loopwind (luchtweerstand) is dan gelijk aan de loopsnelheid. Op een loopband is dat anders. Dan verplaatst je lichaam zich niet. Je hebt op een loopband geen last van de luchtweerstand door loopwind. Op de loopband loopt het daarom een stuk gemakkelijker dan buiten. Eenvoudig gesteld, kun je zo het volledige vermogen van je menselijke motor (hart, longen, spieren) inzetten om hard te lopen. Om deze reden zal een Sport Medisch Adviescentrum bij een sporttest de loopband onder een helling van 1 tot 2% zetten. Dit is om de luchtweerstand te simuleren. De helling maken ze afhankelijk van je maximale loopsnelheid. Als je sneller loopt, is de luchtweerstand buiten hoger, en maakt de sportarts het zwaarder door de helling van de loopband ter compensatie van de luchtweerstand iets steiler in.

De afbeelding laat het warming-up deel van de training van Ron in afgelopen weekend zien. Het tempo ging ongeveer in 6:00/km (10 km/h), de blauwe lijn in de grafiek. Het waaide met vlagen, volgens de berichten 26 km/h, windkracht 4. In de afbeelding vanaf ongeveer 3 minuten, had Ron de wind vol tegen. De luchtweerstand liep op tot maximaal 20% van het door hem geleverde hardloopvermogen. In de afbeelding is de luchtweerstand herkenbaar als het grijze deel tussen de twee gele vermogenslijnen. In de afbeelding bij 5,5 minuut, sloeg Ron linksaf (zijwind) en liep hij in de beschutting van een bos. De luchtweerstand zakte daar tot 4% van het door Ron geleverde hardloopvermogen.

Theoretisch rekenden we met ons hardloopmodel uit dat de percentages voor Ron bij een tempo van 6:00/km 18% (26 km/h, windje pal tegen) en 2% (geen wind) zijn. De praktijkmeting door de Stryd komt dus heel goed overeen met de theorie. We zagen dat al eerder bij de testen die we met de Stryd hebben gedaan in de windtunnel van het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR) in Marknesse.

Wind waait zelden constant. In de afbeelding zie je dat de Stryd de variatie in wind (en dus in de luchtweerstand) mooi van moment tot moment volgt. Als je aanhaakt bij het groepje lopers voor je en meegaat in hun zog, laat de Stryd meteen een gunstiger vermogen zien door de winst door de lagere luchtweerstand in het groepje.

Voor de berekening van de luchtweerstand is de weerstandsfactor cdA (in m2) nodig. Dit is een term voor het weerstandsoppervlak van een object. Deze waarde zegt iets over de aerodynamische vorm van een hardloper. Stryd maakt hiervoor een inschatting op basis van de door je ingevoerde lengte en gewicht.

winddistributie

Het hardloopmodel in de praktijk

Bij het wielrennen zijn vermogensmeters gemeengoed voor renners die in prestaties geïnteresseerd zijn. Hier komt ook het begrip Anaeroob DrempelVermogen (ADV) vandaan. Dit het vermogen dat je precies één uur kunt volhouden. Vaak hebben ze het over het Engelse FTP (Functional Treshold Power) dat hetzelfde betekent.

De ADV van Ron (80 kg) is momenteel 292 Watt, dus 3,6 Watt/kg. Als een wedstrijd korter is dan een uur kan hij met een hoger vermogen (wattage) lopen. Duurt de wedstrijd langer dan een uur, zoals een halve of hele marathon, dan zal Ron een lager wattage moet aanhouden om niet voortijdig de man met de hamer tegen te komen.

Welk percentage je van je ADV kunt aanhouden bepaal je aan de hand van ons boek Hardlopen met Power!. De app van Stryd geeft je voor een beperkt aantal afstanden ook een goede richtwaarde voor het aan te houden vermogen.

Op basis van zijn ADV van 292 Watt kan Ron de volgende wattages aanhouden voor de vermelde voorbeeldafstanden, je zou ze richtwaarden kunnen noemen:

  • 10 km 297 Watt
  • 15 km 288 Watt
  • 21,1 km 281 Watt
  • 42,2 km 267 Watt

Uiteraard brengen we zelf de theorie ook in praktijk. De afgelopen Zevenheuvelenloop (15 km) liep Ron gemiddeld in 287 Watt. Zijn eindtijd was 1:13:19.

De afbeelding verduidelijkt dat deze vermogens verdeeld moeten worden over de loopweerstand (je tempo), de luchtweerstand (wind), en klimweerstand (heuveltje op of heuveltje af). Op vlak terrein zonder wind haal je het maximale rendement uit je vermogen. Een klein deel heb je nodig om de loopwind te overwinnen. Het merendeel is beschikbaar voor de loopweerstand, oftewel om flink hard te lopen. Dit zal iedereen herkennen. Op een vlak parcours bij windstil weer loop je je snelste tijden.

Als je bepaalde stukken in de wedstrijd harder loopt dan de richtwaarde voor het wattage op die afstand, gebruik je te veel energie. Je “brandstoftank” is dan niet pas op de finish leeg (wat de bedoeling is voor de best haalbare tijd) maar al veel eerder. Je bent dan al voor de finish de spreekwoordelijke man met de hamer tegen gekomen en je verliest daarna pakweg een minuut op elke kilometer. Als je langzamer loopt dan het richtwattage hou je energie over. En loop je niet je best haalbare tijd. Verder is het goed om te weten dat je het zuinigst loopt als je zo min mogelijk varieert met je wattage.

De les is dus: heuvel op of met windje tegen moet je je tempo verminderen om op het vermogen (wattage) voor die afstand te blijven. Heuveltje af of windje mee moet je juist versnellen om op het doelvermogen te blijven. En bij tegenwind zoek je een groepje op om te profiteren van de luwte.

Het-hardloopmodel

Ingewikkeld?

Bij de introductie van de Stryd een aantal jaren geleden was enige kennis van natuurkunde en fysiologie nuttig om deze hardloopvermogensmeter optimaal te kunnen gebruiken. Dat is niet voor iedereen weg gelegd. Je ziet dat Stryd hier steeds meer op inspeelt en deze hardloopvermogensmeter voor een breed publiek toegankelijk maakt. Ze hebben bijvoorbeeld slimme trainingsschema’s die je in PowerCenter op Stryd.com kunt laden. Van dag tot dag kun je in de kalender van PowerCenter zien wat op je programma staat. Je kunt dan gewoon doen wat het schema je zegt dat je moet doen.

Op basis van je prestaties in de afgelopen 3 maanden berekent Stryd in de app je Critical Power (CP). In de literatuur is de CP gedefinieerd als het vermogen dat je een bepaalde tijd kunt volhouden. De ADV komt daarmee overeen met de CP60, het vermogen dat je 60 minuten kunt volhouden.

Stryd gebruikt de voor je persoonlijk bepaalde CP consequent in haar  toepassingen. Het wordt je daarmee gemakkelijk gemaakt.

Stryd heeft nog veel meer nuttige parameters en hulpmiddelen voor hardlopers van verschillend niveau en ambitie. Er valt veel te ontdekken en uit te proberen.

En dat proces gaat door. Afgelopen 6 maanden is de Stryd app al op diverse punten verbeterd. We hoorden dat Stryd PowerCenter binnenkort vervangen wordt voor een gebruiksvriendelijkere met nog meer mogelijkheden.

De mits van Egmond

Op 12 januari 2020 vindt de NN Egmond Halve Marathon plaats. Deze halve is berucht om de wind tegen op het strand. In de duinen gaat het heuvel op en heuvel af. Het is een van de zwaarste halve marathons van Nederland. De halve start afhankelijk van je startvak omstreeks 12:30 uur.

Op 12 januari is het eb en is het strand breed. Mits je op het harde en natte deel van het strand loopt, is de Stryd bij deze halve een fantastisch hulpmiddel om je niet over de kop te lopen.

De Stryd is geschikt voor harde ondergronden. Met extra loopweerstand door mul strandzand kan de Stryd niet over weg. Dat het eb is, komt in dit geval dus goed uit!

Conclusie

Stryd zorgt voor een extra dimensie voor hardlopers die geïnteresseerd zijn in de verbetering van prestaties. Voor deze doelgroep is de Stryd hardloopvermogensmeter beslist een aanwinst.

Ons boek Hardlopen met Power! geeft veel achtergrondinformatie. Je hebt het boek niet per se nodig om de Stryd te gebruiken. Het helpt je wel bij het juiste begrip van je vermogen, je wattage, bij hardlopen.

Lees verder...